Te gast bij Ina op 22 mei 2024 opende Christine met enkele fragmenten uit een tekst van Maryanne Wolf uit de reeks “Zieners”, verschenen in De Standaard van einde vorig jaar. Hierin houdt ze een pleidooi voor “deep reading”, een boek traag, geconcentreerd en bedachtzaam lezen. Dit zou het inlevingsvermogen, het onderscheiden van diverse standpunten en de algemene menselijkheid bevorderen. Dit in tegenstelling tot lezen op een scherm, waarbij is vastgesteld dat de tijd doorgebracht op één blad slechts enkele seconden bedraagt, er snel doorgeklikt wordt en de vereiste tijd ontbreekt om zich in te leven in een situatie of persoon. Ze ziet hierin een gevaar voor de toekomst en voor onze jeugd omdat het empathisch vermogen zou kunnen verminderen. Pessimistisch is ze niet, zolang we ons hiervan maar bewust zijn en “vertragen” op het scherm.
Dit brengt ons naadloos naar het te bespreken boek. Een boek dat het bij uitstek verdient om aan “deep reading” te doen, het moet traag, bedachtzaam gelezen worden om het tot zijn volle recht te laten komen, en een tweede lezing maakt het nog beter.
Het is op zijn minst gezegd een merkwaardig boek: minimalistisch, uitgepuurd, sober en toch zeer sterk gecomponeerd. Alles wat gebeurt, houdt verband, niets is toevallig. Het begint al heel sterk met “de episode”. De reactie van Eva hierop geeft een suggestie van traumatische gebeurtenissen in het verleden. Verder verwijlen we steeds in het hoofd van Eva, een ouder wordende lerares Noors, met een verdrongen, onbespreekbaar verleden, met name het op zeventienjarige leeftijd afstaan van haar zes maanden oude zoontje. Ze verzwijgt dit voor iedereen, initieel ook voor haar echtgenoot; ook haar 3 kinderen blijven in het ongewisse. Haar echtgenoot Simon, een gepensioneerde en dementerende huisarts, torst ook een zwaar verleden. Joods van origine is hij getraumatiseerd door het verlies van al zijn familieleden buiten zijn eigen gezin en het lange tijd onderduiken in complete stilte. In het begin wil Simon praten, maar Eva blokkeert het gesprek en geeft hiervoor verschillende redenen op: het verleden scheiden van heden, het behoeden van de kinderen van negativiteit, de angst dat haar man opnieuw in een depressie zal verzeilen. Of is het gewoon lafheid die hier speelt? En zo verzeilen Eva en Simon meer en meer in een situatie waarin niets essentieels uitgesproken wordt en de stilte een sfeer schept van zwaarte, eenzaamheid en kilte.
Dit boek is een
pareltje over het menselijke falen tot communicatie en over de onmogelijkheid
om traumata uit het verleden te bespreken, niet tussen henzelf en zeker niet
met anderen. Zo lijkt dit afsluiten in te gaan tegen onze tijdsgeest, hoewel het anderzijds
herkenbaar is in onze Vlaamse families, dixit Ludo en Jo. Eva en Simon slagen er niet in om iets heel
wezenlijks van elkaar te aanvaarden:
haar onvermogen om zijn verdriet, pijn en zoektocht naar het verleden te
aanvaarden - hij voelt dit aan als een beschuldiging - en zijn onvermogen om de
afwezigheid bij haar van spijt en verdriet omwille van het afstaan van haar
zoontje te erkennen. Onvermijdelijk brengt dit afstand, kilheid en stilte
teweeg. Simon verzinkt in een complete stilte en spreekt alleen nog in enkele
woorden. Terecht stelt Eva zich de vraag of de oorzaak hiervan gelegen is in de
voortschrijdende dementie of dat het stilzwijgen een pathologische manier
is om zich terug te trekken in zijn verdriet en alleen-zijn. Ze beseft dat
Simon tot haar komt door “zijn Stem” en ze hem dus verloren is .
De loden stilte in het gezin
wordt onderbroken door de komst van Marija, een Letse huishoudster,
opgewekt, vrolijk, zorgend en vooral een gemakkelijke babbelaar. Ze brengt leven in de kilte van het huis. Simon
praat veel met haar en treurt om haar als ze er niet is, en Eva ervaart Marija
zelfs als een vriendin. Ook Marija weet niets van hun verleden. Na 3 jaar bij hen, bijna als kind aan huis,
doet ze zeer felle antisemitische uitspraken. Daardoor voelen Eva en Simon zich
moreel verplicht haar te ontslaan. Ze doen dat zonder de reden op te geven, noch
aan Marija, noch aan hun kinderen. Dit leidt tot onbegrip bij de kinderen, wat
uitloopt in conflicten. Het gevolg is dat de eenzaamheid nog sterker om zich heen
grijpt.
Het boek is een zeer
goede schets van hoe traumata kunnen doorwerken in het verdere leven. Eva heeft angsten, slaapt slecht en zoekt
haar zoontje in jongens en mannen. Zo wordt
“de episode”, het wat bizarre verhaal waarmee deze roman opent, heel
begrijpelijk; zou de jongeman in dit verhaal immers niet haar zoon kunnen zijn?
Verder zoekt Eva naar overeenkomsten in
gezichten van jongens en mannen en
verzorgt ze het graf van een onbekende jongeling. Voor Simon is er het
blijvende zoeken naar sporen van zijn familie, vooral naar zijn neefje en tante,
de “stilte” en de afstand tussen hem en zijn broer. Dit alles leidt ten slotte tot
het verder terugtrekken in zichzelf en zelfs tot een depressie.
Het permanent aanwezige schuldgevoel wordt groter naarmate
de jaren verstrijken. Hebben we er goed aan gedaan om te zwijgen? Simon probeert een brief te schrijven naar
zijn kinderen, maar de communicatie is met de tijd zodanig verstoord dat zelfs
dat niet meer lukt. Hij voelt zich schuldig omdat hij bijna de enige
overlevende is van zijn familie: is de familie naast hem op het onderduikadres
niet door hem opgepakt? Hij was immers bij de arrestatie naar de zolder
gevlucht van waaruit hij de straat bekeek. Ook Eva stelt zich permanent vragen.
Ze zoekt vergeving en troost bij de dominee en zingeving voor het verleden in
de kerk. Maar ze slaagt er niet in: har zoon heeft ze - ondanks het adres - nooit
teruggezien.
Iedereen binnen onze leesgroep vond dit een donker en emotioneel zwaar boek; men wordt er niet vrolijk van. Maar wel een goed boek, met een zeer interessante thematiek, uitgepuurd, met onderdrukte gevoelens, soms emotieloos en kil. We zijn het niet langer gewoon om met stilte om te gaan (Ludo : een prestatie om een boek over de stilte te schrijven). Bovendien is dit een boek om traag te lezen om zo deelgenoot te worden van de vervreemding, de kilte, de stilte, de eenzaamheid, de pijn, het leven in het verleden en de drukkende sfeer.
Merethe Lindstrom |
In dit strak gecomponeerde boek is geen enkel detail onbelangrijk.
Zo is er de huisjesslak als symbool voor het zich terugtrekken? Of Kaiser, de hond uit Simons kindertijd en Simons
weerstand tegen een nieuwe hond. Of nog de omhelzing van Simon en zijn broer (
zo intens daar ze geen raad weten met hun gevoelens ). De taal is rijk, mooi,
met korte, indringende zinnen.
En wat te denken van het hoofpersonage Eva? Hoe is het
mogelijk om een baby van zes maanden af te staan? Is ze werkelijk zo kil en
onderkoeld of is dit alles net het gevolg van de traumatische ervaring van een
ongewenste zwangerschap en het afstaan van de baby? Zeker is dat ze geen moederlijke, zorgende
gevoelens had. Zo wordt in een bijzonder aangrijpende passage verhaald hoe Eva haar
kind alleen liet om naar de film te kunnen gaan, en bij terugkomst haar baby
wakend aantrof, met open ogen. Of is ze zodanig met het verleden bezig dat ze
stil en kil geworden is? Anderzijds is
ze de beschermende engel voor haar latere kinderen en wil zij hen behoeden voor
hun verleden. Evenzeer gaat ze bijzonder zorgend met Simon om. En is ze bewust
van haar menselijk falen.
De meeste groepsleden lazen het boek graag, als een
indringende schets van het menselijke onvermogen om te communiceren (ook
typisch Vlaams? Westvlaams?) van de
gevolgen van verdrongen gebeurtenissen uit het verleden. Een psychologisch
beeld van een pathologisch, verdrongen
omgaan met trauma’s. Ook het dementieel beeld van Simon is goed beschreven, maar
men kan zich niet van het gevoel ontdoen dat het deels ook een onbewuste manier
is om zich terug te trekken in zichzelf. Dit alles resulteerde in een score van 7,80.
Om te besluiten twee zinnen die de essentie van het boek in
zich dragen: ““De stem” is de toegang tot Simon, beseft Eva” en “Niemand weet
wie we echt zijn, alleen wijzelf”. En om helemaal af te ronden: wat een mooie
titel.