donderdag 28 november 2024

'Honderd jaar eenzaamheid' van Gabriël Garcia Marquez

 Als leesgroep hebben we dit boek gezamenlijk gekozen uit een reeks titels met het woord of cijfer ‘honderd’, verwijzend naar het honderdste boek van de leesgroep. We komen samen bij Reinoud in Sijnt-Michiels, 27 september 2024.

Als notulist brengt Geert bij wijze inleiding een jeugdherinnering uit zijn studententijd mee, een liedje van Boudewijn De Groot: Ik ben ik, met een vers dat hem altijd bij gebleven is: “Ik ben ik, jij bent jij, één van ons is vrij, gelukkig viel het lot op mij”. 

Geert start met een bekentenis: hij heeft het boek niet uitgelezen maar slechts een 80-tal bladzijden gelezen van de 460. Vertrokken op reis bleek dat hij het boek vergeten was mee te nemen en daarna waren maar een paar weken meer tot de leesgroep. Dan bleek dat drie andere leesgroepleden ook het boek niet uitgelezen hadden. Sommigen hebben zich mispakt aan de dikte van het boek, anderen aan de soms ongebruikelijke stijl.

Andere uiterste is Jo die deze Latijns-Amerikaanse klassieker al voor de derde keer gelezen heeft en deze keer in het Spaans op een oude uitgave van het boek: Cien años de soledad. Blijkbaar is de eerste editie uit 1967 uitgegeven in Argentinië om geen problemen te krijgen met de verdoken kritiek op Colombia. Het is het startboek van een stroom aan Latijns-Amerikaanse literatuur (Fuentes, Vargas Llosa, Allende, …) die pas vanaf de jaren 1980 doorgebroken is in Westerse landen toen Marque in 1982 de Nobelprijs won. Een waardige klassieker voor ons post-jubileumboek.

Jo heeft het boek zelfs de eerste keer gelezen tijdens zijn verblijf in Latijns-Amerika en het heeft hem van bij de aanvang gegrepen. Zoveel jaren later heeft het niets van zijn kracht en waarde verloren. Voor die tijd een super origineel boek maar eigenlijk is het een streekverhaal van een klein stadje in Columbia, Macondo dat geëvolueerd is naar een wereldverhaal. Een originele familiekroniek ook waar de mannen zich amuseren en de vrouwen alles recht houden. Tegelijk is het een onderhuidse kritiek op de plaatselijke potentaten die typisch is voor Latijns-Amerika tot op de dag van vandaag. Alles herhaalt zich, de geschiedenis is circulair.

Treffend is dan ook dat Marquez zelf verklaarde dat het etiket van ‘magisch-realisme’ dat zo typerend zou zijn voor de Latijns-Amerikaanse literatuur, de lading niet dekt. Want volgens hem is het een reële weergave van de situatie, de maatschappij en de verhalen in dat werelddeel, niets magisch maar bittere realiteit. Het brengt Jo tot deze mooie uitspraak: “Fictie is de manier om het onzegbare te vertellen”.

De andere leesgenoten vertolken een gelijkaardige leeservaring: een bijzonder sfeer waarin je meegezogen wordt en later een bron van inspiratie voor vele Vlaamse schrijvers zoals Daisne, Lampo en Van Den Broeck (Ludo); een virtuoze schrijver en dat lang voor het computertijdperk (Ciska); een magistraal en geniaal meesterwerk met een sterke constructie en toch ook veel humor (Chris), fascinerende en hilarische personages zoals Melquiades die toch het karikaturale overstijgen (Reinoud), een beeld van een maatschappij zoals in de schilderijen van Jeroen Bosch met de mens in al zijn gebreken (Christine); zeer fantasierijk maar toch geloofwaardig in een op het eerste zicht chaotische wereld (Ina).

In de titel weerklinkt dezelfde bijzonder sfeer van het boek die helemaal op het einde zijn verklaring krijgt: uiteindelijk zijn de zes generaties van de familie Buendia een eeuw lang eenzaam en zijn het allemaal tragische figuren.

Dan is er nog een mooie epiloog van Chris die deze klassieker waardig is. Een onderzoeker-journalist heeft in de jaren 1950 de plaats Macondo opgezocht en uiteindelijk teruggevonden in het Latijns-Amerikaanse oerwoud bijna verlaten en volledig verwaarloosd. De plaats heeft dus echt bestaan en is zeker niet enkel en alleen ontsproten aan de fantasie van Marquez…..

Voor de quotering was er uitzonderlijk unanimiteit over het meesterlijk niveau van deze klassieker zodat de gemiddelde score landde op 82. 

maandag 29 juli 2024

'Dagen in de geschiedenis van stilte' van Merethe Lindstrom


Te gast bij Ina op 22 mei 2024 opende Christine met enkele fragmenten uit een tekst van Maryanne Wolf uit de reeks “Zieners”, verschenen in De Standaard van einde vorig jaar.  Hierin houdt ze een pleidooi voor “deep reading”, een boek traag, geconcentreerd en bedachtzaam lezen. Dit zou het 
inlevingsvermogen, het onderscheiden van diverse standpunten en de algemene menselijkheid bevorderen. Dit in tegenstelling tot lezen op een scherm, waarbij is vastgesteld dat de tijd doorgebracht op één blad slechts enkele seconden bedraagt, er snel doorgeklikt wordt en de vereiste tijd ontbreekt om zich in te leven in een situatie of persoon. Ze ziet hierin een gevaar  voor de toekomst en voor onze jeugd omdat het empathisch vermogen zou kunnen verminderen. Pessimistisch is ze niet, zolang we ons hiervan maar bewust zijn en “vertragen” op het scherm. 



Dit brengt ons naadloos naar het te bespreken boek. Een boek dat het bij uitstek verdient om aan “deep reading” te doen, het moet traag, bedachtzaam gelezen worden om het tot zijn volle recht te laten komen, en een tweede lezing maakt het nog beter.

Het is op zijn minst gezegd een merkwaardig boek: minimalistisch, uitgepuurd, sober en toch zeer sterk gecomponeerd. Alles wat gebeurt, houdt verband, niets is toevallig. Het begint al heel sterk met “de episode”. De reactie van Eva hierop geeft een suggestie van traumatische gebeurtenissen in het verleden. Verder verwijlen we steeds in het hoofd van Eva, een ouder wordende lerares Noors, met een verdrongen, onbespreekbaar verleden, met name het op zeventienjarige leeftijd afstaan van haar zes maanden oude zoontje. Ze verzwijgt dit voor iedereen, initieel ook voor haar echtgenoot; ook haar 3 kinderen blijven in het ongewisse. Haar echtgenoot Simon, een gepensioneerde en dementerende huisarts, torst ook een zwaar verleden. Joods van origine is hij getraumatiseerd door het verlies van al zijn familieleden buiten zijn eigen gezin en het lange tijd onderduiken in complete stilte. In het begin wil Simon praten, maar Eva blokkeert het gesprek en geeft hiervoor verschillende redenen op: het verleden scheiden van heden, het behoeden van de kinderen van negativiteit, de angst dat haar man opnieuw in een depressie zal verzeilen. Of is het gewoon lafheid die hier speelt?  En zo verzeilen Eva en Simon meer en meer in een situatie waarin niets  essentieels uitgesproken wordt  en de stilte een sfeer schept van zwaarte, eenzaamheid en kilte.

Dit boek is  een pareltje over het menselijke falen tot communicatie en over de onmogelijkheid om traumata uit het verleden te bespreken, niet tussen henzelf en zeker niet met anderen. Zo lijkt dit afsluiten in te gaan  tegen onze tijdsgeest, hoewel het anderzijds herkenbaar is in onze Vlaamse families, dixit Ludo en Jo.  Eva en Simon slagen er niet in om iets heel wezenlijks van elkaar te aanvaarden:  haar onvermogen om zijn verdriet, pijn en zoektocht naar het verleden te aanvaarden - hij voelt dit aan als een beschuldiging - en zijn onvermogen om de afwezigheid bij haar van spijt en verdriet omwille van het afstaan van haar zoontje te erkennen. Onvermijdelijk brengt dit afstand, kilheid en stilte teweeg. Simon verzinkt in een complete stilte en spreekt alleen nog in enkele woorden. Terecht stelt Eva zich de vraag of de oorzaak hiervan gelegen is in de voortschrijdende dementie  of  dat het stilzwijgen een pathologische manier is om zich terug te trekken in zijn verdriet en alleen-zijn. Ze beseft dat Simon tot haar komt door “zijn Stem” en ze hem dus verloren is . 

De loden stilte in het gezin  wordt onderbroken door de komst van Marija, een Letse huishoudster, opgewekt, vrolijk, zorgend en vooral een gemakkelijke babbelaar.  Ze brengt leven in de kilte van het huis. Simon praat veel met haar en treurt om haar als ze er niet is, en Eva ervaart Marija zelfs als een vriendin. Ook Marija weet niets van hun verleden.  Na 3 jaar bij hen, bijna als kind aan huis, doet ze zeer felle antisemitische uitspraken. Daardoor voelen Eva en Simon zich moreel verplicht haar te ontslaan. Ze doen dat zonder de reden op te geven, noch aan Marija, noch aan hun kinderen. Dit leidt tot onbegrip bij de kinderen, wat uitloopt in conflicten. Het gevolg is dat de eenzaamheid nog sterker om zich heen grijpt. 

Het boek is  een zeer goede schets van hoe traumata kunnen doorwerken in het verdere leven.  Eva heeft angsten, slaapt slecht en zoekt haar zoontje in jongens en mannen.  Zo wordt “de episode”, het wat bizarre verhaal waarmee deze roman opent, heel begrijpelijk; zou de jongeman in dit verhaal immers niet haar zoon kunnen zijn?  Verder zoekt Eva naar overeenkomsten in gezichten van  jongens en mannen en verzorgt ze het graf van een onbekende jongeling. Voor Simon is er het blijvende zoeken naar sporen van zijn familie, vooral naar zijn neefje en tante, de “stilte” en de afstand tussen hem en zijn broer. Dit alles leidt ten slotte tot het verder terugtrekken in zichzelf en zelfs tot een depressie.

Het permanent aanwezige schuldgevoel wordt groter naarmate de jaren verstrijken. Hebben we er goed aan gedaan om te zwijgen?  Simon probeert een brief te schrijven naar zijn kinderen, maar de communicatie is met de tijd zodanig verstoord dat zelfs dat niet meer lukt. Hij voelt zich schuldig omdat hij bijna de enige overlevende is van zijn familie: is de familie naast hem op het onderduikadres niet door hem opgepakt? Hij was immers bij de arrestatie naar de zolder gevlucht van waaruit hij de straat bekeek. Ook Eva stelt zich permanent vragen. Ze zoekt vergeving en troost bij de dominee en zingeving voor het verleden in de kerk. Maar ze slaagt er niet in: har zoon heeft ze - ondanks het adres - nooit teruggezien. 

Iedereen binnen onze leesgroep vond dit een donker en emotioneel zwaar boek; men wordt er niet vrolijk van. Maar wel een goed boek, met een zeer interessante thematiek, uitgepuurd, met onderdrukte gevoelens, soms emotieloos en kil. We zijn het niet langer gewoon om met stilte om te gaan (Ludo : een prestatie om een boek over de stilte te schrijven). Bovendien is dit een boek om traag te lezen om zo deelgenoot te worden van de vervreemding, de kilte, de stilte, de eenzaamheid,  de pijn, het leven in het verleden en de drukkende sfeer. 

Merethe Lindstrom

In dit strak gecomponeerde boek is geen enkel detail onbelangrijk. Zo is er de huisjesslak als symbool voor het zich terugtrekken?  Of Kaiser, de hond uit Simons kindertijd en Simons weerstand tegen een nieuwe hond. Of nog de omhelzing van Simon en zijn broer ( zo intens daar ze geen raad weten met hun gevoelens ). De taal is rijk, mooi, met korte, indringende zinnen. 

En wat te denken van het hoofpersonage Eva? Hoe is het mogelijk om een baby van zes maanden af te staan? Is ze werkelijk zo kil en onderkoeld of is dit alles net het gevolg van de traumatische ervaring van een ongewenste zwangerschap en het afstaan van de baby?  Zeker is dat ze geen moederlijke, zorgende gevoelens had. Zo wordt in een bijzonder aangrijpende passage verhaald hoe Eva haar kind alleen liet om naar de film te kunnen gaan, en bij terugkomst haar baby wakend aantrof, met open ogen. Of is ze zodanig met het verleden bezig dat ze stil en kil geworden is?  Anderzijds is ze de beschermende engel voor haar latere kinderen en wil zij hen behoeden voor hun verleden. Evenzeer gaat ze bijzonder zorgend met Simon om. En is ze bewust van haar menselijk falen.

De meeste groepsleden lazen het boek graag, als een indringende schets van het menselijke onvermogen om te communiceren (ook typisch Vlaams?  Westvlaams?) van de gevolgen van verdrongen gebeurtenissen uit het verleden. Een psychologisch beeld van een  pathologisch, verdrongen omgaan met trauma’s. Ook het dementieel beeld van Simon is goed beschreven, maar men kan zich niet van het gevoel ontdoen dat het deels ook een onbewuste manier is om zich terug te trekken in zichzelf. Dit alles resulteerde in een score van 7,80.

Om te besluiten twee zinnen die de essentie van het boek in zich dragen: ““De stem” is de toegang tot Simon, beseft Eva” en “Niemand weet wie we echt zijn, alleen wijzelf”. En om helemaal af te ronden: wat een mooie titel.

woensdag 1 mei 2024

'Schemering' van Philippe Claudel

Ergens in midden Europa, aan de rand van een keizerrijk, tijdens een ijskoude winter, wordt een priester dood aangetroffen. Zijn hoofd is verbrijzeld door een steen. Zo start ‘Schemering’ van Philippe Claudel. We waren de avond van 16 april 2024 te gast bij Chris. Zijn glazen binnendeur was kort tevoren toepasselijk in gruzelementen gevallen, wij hanteerden de deur dan ook met fluwelen handschoenen. Het was ook de avond waarop ik het genoegen had een ‘vacature’ voor leesgroepbegeleider te lanceren vanuit de Biekorf- bibliotheek. Een vacature die intussen met glans in ingevuld door dezelfde Chris!

Het boek van Claudel is (mijn mening) beklemmend, universeel, beangstigend, spreekt tot de verbeelding. Christine houdt (ook) van het boek, de karaktertekeningen, de humor, de situatieschetsen…Maar bovenal van het begrip ‘werkbare waarheid’ dat regelmatig opduikt en dat ze geniaal vindt! Geert is positief, maar vindt het einde te pathetisch. Ludo is geen superfan -hij vond het ultieme leesplezier niet- en sluit zich aan bij Geert wat het einde betreft: hij vindt dat zeemzoet. Ciska las het boek graag en stelt zich voor dat het in Roemenië, Slovenië… speelt, kort voor W.O.I. Ze vond het verhaal hier en daar wat dunnetjes maar was wel geboeid. Reinoud is positiever en vermeldt ook de cover: een beeld dat Duits expressionisme oproept. Hij houdt van het magisch-realisme, maar ook van het universele, het ‘tijdloze’. Het verhaal is voor hem een aanleiding om de klungeligheid en ‘zwakheid’ van de mens aan te kaarten. Jo ziet overeenkomsten met Don Quichote, en een link met ‘Trofee’ van Gaea Schoeters, een door ons leesgezelschap zeer bejubeld boek. Hij noemt het boek actueel-universeel. Chris vindt het boek fantastisch en heeft het heel graag gelezen, het is voor hem als een parabel. Wel ziet hij weinig ruimte voor hoop.

Bovenstaande meningen leveren volgende scores op: Christine 9, Geert 8, Ludo 7,5, Ciska 8,5, Reinoud 9, Jo 9, Chris 9, Ina 8. Met als gemiddelde een heel verdienstelijke 8,50.

maandag 4 maart 2024

Patricia De Martelaere, Marja Pruis en Marc Van Oostendorp

Marc Van Oostendorp stelde voor zichzelf een leeslijst Nederlandstalige romans van de 21ste eeuw samen, 50 titels, zeer inspirerend. Deze lijst bevat 7 romans die we binnen onze leessgroep lazen. Van Oostendorp neemt zich voor om dit jaar alle 50 romans te lezen en daarover wekelijks verslag uit te brengen op Neerlandistiek, het online tijdschrift voor taal- en letterkunde. Het is een bijzondere manier om de geest van onze tijd te vatten. Vandaag, 4 maart, publiceert hij zijn leeservaringen met Patricia De Martelaeres roman Het onverwachte antwoord, waarbij hij zich ook laat inspireren door het essay Als je weg bent van Marja Pruis over De Martelaere. 'Misschien wel het beste boek over een schrijver dat in deze eeuw - tot nu toe - verscheen'.