10 oktober 2013 stond in onze agenda. We zijn bij Chris die ons een tijd geleden voorstelde om Vele hemels boven de zevende van Griet Op De Beeck te lezen. Als inleiding presenteer ik, geïnspireerd door een recent bezoek aan Straatsburg en aan het museum van illustrator Tom Ungerer dat daar staat, het ‘oude’ (1958) kinderboekje ‘Crictor’ van zijn hand. Het verhaal over een oude dame die een slimme en charmante slang kado krijgt van haar zoon uit Afrika, is een geslaagd voorbeeld van het ingaan tegen clichés (want wie kent er nu een sympathieke en betrouwbare slang?).
Maar over naar Vele hemels dan. In elf
hoofdstukken schetst Griet Op De Beeck vijf mensen. Geen van hen is ‘gelukkig’
te noemen. Er is Eva, zesendertig, altijd aan het moederen, maar heel alleen. Er
is Lou, haar nichtje, een onzeker pubermeisje, zij wordt bemoederd door Eva. Er
is Elsie, de knappe zus van Eva die verliefd is op kunstenaar Casper. Er is
Casper, die smacht naar Elsie. Beide hebben een niet al te gelukkig huwelijk met
een andere partner. Het oudste personage is Jos, de vader van Eva en Elsie, die
een alcohol-probleem heeft en een geheim met zich mee draagt. Afwisselend brengen
de verschillende personages hun kant van het (hun) verhaal, het boek eindigt
met de zelfdoding van Eva.
Het boek van Griet Op De Beeck, haar debuut,
is vaak de (zevende) hemel in geprezen. Het echte, het menselijke en ook het
Vlaamse taalgebruik worden daarbij vaak genoemd als troeven. Voor zij haar
eerste roman schreef, was ze al bekend van colums in De Morgen. In onze
leesgroep zijn de meningen over haar debuut verdeeld. De reacties gaan van lauw
tot heel enthousiast.
Geert behoort tot de eerste groep. Hij kon
zich niet identificeren met de personages en vroeg zich af of het af en toe de
bedoeling was om te choqueren. Ook
Reinoud is niet danig enthousiast, hij ziet het verhaal als een zedenschets,
een beeld van hoe mensen in deze tijd met elkaar omgaan. Af en toe neigt het in
zijn ogen een beetje naar het sentimentele. Gastheer Chris - nochtans fan van de
colums van Op De Beeck - is evenmin echt overtuigd. Hij vindt de kracht van die
colums (het scheppen van een hele wereld van gevoel in enkele zinnen) niet
terug in dit boek. Bovendien verbaast hij zich over de kronkels en uitspraken
van het pubermeisje Lou (is dat echt een 12-jarige)? Ook ikzelf sluit me aan
bij dit gezelschap van niet écht overtuigden. De taal van de auteur is sowieso niet echt mijn ding,
en de types komen in mijn ogen soms nogal stereotiep over.
Ludo was daarentegen aangenaam verrast door
dit voorstel van Chris. Hij ziet ‘Vele
hemels’ als een subtiel, menselijk boek over de grote gevoelens, het zoeken
naar geluk en het maken van keuzes.
Christine sluit zich hierbij aan, en prijst de vlotte schrijfstijl en de
mooie schets van de zoekende mens in onze tijd. Ook Ciska prijst het
beschrijven van ‘gewone’ mensen in hun dagdagelijks bestaan, wars van enige
heldhaftigheid. Ze maakt dan ook de vergelijking met ‘Sprakeloos’ van Lannoye dat we een tijd
gelezen hebben.
Geen eensgezindheid dus voor wat betreft de
kwaliteiten van dit boek, wel een gemeenschappelijke vraag die we niet met
absolute zekerheid kunnen beantwoorden: in hoeverre is dit verhaal
autobiografisch?
De avond eindigt met de verdeling van de
punten: een 6 van Reinoud en Chris, een 6,5 van Geert, een 7 van Ina, een 8 van Ludo, Ciska en Christine. Dit leidt
tot een gemiddelde van 7,5 op 10.
Ina