woensdag 1 januari 2014

'Vele hemels boven de zevende' van Griet Op De Beeck


10 oktober 2013 stond in onze agenda. We zijn bij Chris die ons een tijd geleden voorstelde om Vele hemels boven de zevende van Griet Op De Beeck te lezen. Als inleiding presenteer ik, geïnspireerd door een recent bezoek aan Straatsburg en aan het museum van illustrator Tom Ungerer dat daar staat, het ‘oude’ (1958) kinderboekje ‘Crictor’ van zijn hand. Het verhaal over een oude dame die een slimme en charmante slang kado krijgt van haar zoon uit Afrika, is een geslaagd voorbeeld van het ingaan tegen clichés (want wie kent er nu een sympathieke en betrouwbare slang?).

Maar over naar Vele hemels dan. In elf hoofdstukken schetst Griet Op De Beeck vijf mensen. Geen van hen is ‘gelukkig’ te noemen. Er is Eva, zesendertig, altijd aan het moederen, maar heel alleen. Er is Lou, haar nichtje, een onzeker pubermeisje, zij wordt bemoederd door Eva. Er is Elsie, de knappe zus van Eva die verliefd is op kunstenaar Casper. Er is Casper, die smacht naar Elsie. Beide hebben een niet al te gelukkig huwelijk met een andere partner. Het oudste personage is Jos, de vader van Eva en Elsie, die een alcohol-probleem heeft en een geheim met zich mee draagt. Afwisselend brengen de verschillende personages hun kant van het (hun) verhaal, het boek eindigt met de zelfdoding van Eva.

Het boek van Griet Op De Beeck, haar debuut, is vaak de (zevende) hemel in geprezen. Het echte, het menselijke en ook het Vlaamse taalgebruik worden daarbij vaak genoemd als troeven. Voor zij haar eerste roman schreef, was ze al bekend van colums in De Morgen. In onze leesgroep zijn de meningen over haar debuut verdeeld. De reacties gaan van lauw tot heel enthousiast.
Geert behoort tot de eerste groep. Hij kon zich niet identificeren met de personages en vroeg zich af of het af en toe de bedoeling was om te choqueren.  Ook Reinoud is niet danig enthousiast, hij ziet het verhaal als een zedenschets, een beeld van hoe mensen in deze tijd met elkaar omgaan. Af en toe neigt het in zijn ogen een beetje naar het sentimentele. Gastheer Chris - nochtans fan van de colums van Op De Beeck - is evenmin echt overtuigd. Hij vindt de kracht van die colums (het scheppen van een hele wereld van gevoel in enkele zinnen) niet terug in dit boek. Bovendien verbaast hij zich over de kronkels en uitspraken van het pubermeisje Lou (is dat echt een 12-jarige)? Ook ikzelf sluit me aan bij dit gezelschap van niet écht overtuigden. De taal  van de auteur is sowieso niet echt mijn ding, en de types komen in mijn ogen soms nogal stereotiep over.
Ludo was daarentegen aangenaam verrast door dit voorstel van Chris. Hij ziet  ‘Vele hemels’ als een subtiel, menselijk boek over de grote gevoelens, het zoeken naar geluk en het maken van keuzes.  Christine sluit zich hierbij aan, en prijst de vlotte schrijfstijl en de mooie schets van de zoekende mens in onze tijd. Ook Ciska prijst het beschrijven van ‘gewone’ mensen in hun dagdagelijks bestaan, wars van enige heldhaftigheid. Ze maakt dan ook de vergelijking met  ‘Sprakeloos’ van Lannoye dat we een tijd gelezen hebben.
Geen eensgezindheid dus voor wat betreft de kwaliteiten van dit boek, wel een gemeenschappelijke vraag die we niet met absolute zekerheid kunnen beantwoorden: in hoeverre is dit verhaal autobiografisch?

De avond eindigt met de verdeling van de punten: een 6 van Reinoud en Chris, een 6,5 van Geert, een 7 van Ina, een 8 van Ludo, Ciska en Christine.  Dit leidt tot een gemiddelde van 7,5 op 10.

Ina