vrijdag 26 december 2014

'Het zwart en het zilver' van Paolo Giordano

Op 17 december 2014 bespreken we bij Chris het boekje Het zwart en het zilver van Paolo Giordano, de Italiaanse auteur die een paar jaar geleden de hemel werd in geprezen voor De eenzaamheid van de priemgetallen. Voor Ludo riep de plicht, hij is er niet bij.  Ik open de avond met de nieuwe cd van mijn ‘jeugdidool’ Henny Vrienten, meer bepaald het nummer ‘De namen en de plaatsen’.  Woorden van een
‘wijze man’ die terugblikt, ze vallen wel in de smaak en roepen bij Reinoud associaties met Spinvis op.

Paolo Giordano valt een ander lot te beurt: zijn ‘zwart en zilver’ wordt minder gesmaakt. Centraal in het boek staat een zekere  ‘Signora A’ die huishoudster is bij een jong gezin. Zij heeft in moeilijke omstandigheden haar entrée gemaakt bij hen, en de intensiteit van haar relatie met het koppel en hun zoon is net daardoor enorm hoog. Wanneer Signora A heel ziek wordt, zorgt dat voor een ontwrichting, en net die situatie is zowat het belangrijkste onderwerp van het verhaal.

Hoewel ‘verhaal’? Voor enkele lezers is dit zelfs geen echt boek (Geert), maar iets waar je niet ‘in’ geraakt (Geert,  Ciska, Christine…).  Reinoud ziet het eerder als een soort snapshot,  Ciska vindt het vlot geschreven ‘maar zeker geen top 10-boek’, ook Christine vindt het afstandelijk,  ze herkent er wel enkele menselijke waarden in.  Jo ziet enige overeenkomst met Carrasco (die met De vlucht wel hoge toppen scheerde bij onze lezers) maar vindt het werk van Giordano in vergelijking nogal eenduidig. Ondergetekende (Ina) vond het wel een subtiel geschreven boekje over menselijke emoties, daarvan getuigen de vele ezelsoren (!) die haar exemplaar van  Het zwart en het zilver intussen telt.  Chris bevindt zich figuurlijk ergens tussen Reinoud en Ina, hij herkent in beider leeservaringen iets. Wat alle lezers wel bindt, is de manier waarop we naar de relatie van het koppel in de schijnwerpers kijken. Dit ‘in mekaar opgaan’ lijkt nog maar weinig ruimte te laten voor mensen/dingen buiten hun cocon.

De punten weerspiegelen het geringe enthousiasme voor Paolo Giordano: een 5 van Geert, een 5,5 van Jo, een 6 van Reinoud, Ciska en Christine, een 6, 5 van Chris, een 7,5 van Ina. Dit brengt ons, nog zonder score van Ludo, op een gemiddelde van 6,1.

Tot slot, een fragment uit Het zwart en het zilver’dat toch de kwaliteiten van de auteur naar mijn mening even in de verf zet. Emanuele, het zoontje van hoger genoemd echtpaar, slooft zich tijdens een schoolopvoering enorm uit, op de eerste plaats om indruk te maken op Signora A, die hij aanbidt.  Signora A, gekweld door haar ziekte, verlaat echter vroeger de zaal en kan hem dus niet prijzen omwille van zijn prestatie, wat enorm weegt op het jongetje. Giordano beschrijft dan het vertrek van de ouders en Emanuele uit de school, na de gemiste ontmoeting met Signora A:
‘We houden het gedag zeggen zo kort mogelijk en lopen naar huis, met z’n drieën: twee ouders en een kleine, treurige vogelverschrikker die stevig  onze hand vasthoudt tot we voor de voordeur staan, alsof hij wil zeggen dat hij het heeft begrepen, heeft begrepen dat mensen verdwijnen, dat mensen weggaan en dat is het dan, voor altijd, maar wij niet, dat zal hij niet laten gebeuren, tenminste niet zolang hij ons bij elkaar houdt.’

Voor onze volgende bijeenkomst lezen we Het aards paradijs van Seppe Van Groeningen.

Ina

donderdag 25 december 2014

'De verborgen geschiedenis' van Dona Tartt

Dat ze dapper is, Ciska. Om zomaar haar favoriete boek te grabbel te gooien in de grijpgrage kritische blik van ons leesgenootschap. De verborgen geschiedenis, de debuutroman van de Amerikaanse Donna Tartt, verscheen in 1992 en sindsdien had Ciska het boek zowat jaarlijks herlezen. Trouw aan haar opgevatte hartstocht voor dit meeslepende relaas van een faliekant afgelopen vriendschap tussen studenten die niet zomaar het leven, hun studie of passies wilden ondergaan. O ja, ook wij, de overige leden van het leesgenootschap, kenden de reputatie van deze roman, herinnerden ons het overdonderend succes. Enkelen hadden het toen gelezen. Uiteraard, je bent lezer of je bent het niet. Plichtsbewust en met enig enthousiasme buig je je dan over de obligate meesterwerken. Donna Tartt behoort dus tot het kransje schrijvers dat debuteerde met een bestseller. Dit debuut liet Ciska 20 jaar later opnieuw op ons los, op 13 november 2014.


Dat sommigen net het verplichtte nummertje ‘bestsellers lezen’ afschrikt, bleek meteen bij Jo. Hij had 20 jaar gewacht en begon aanvankelijk met veel reserves aan De verborgen geschiedenis. Maar Jo heeft het graag gelezen, ondanks dat slotdeel dat zich in zijn ogen naar het einde toe sleepte. De zelfoverschatting van een groep die zich beter voelt tot het in mekaar stuikt, vond hij tragisch en had bij hem een actuele snaar geraakt. De link werd gemaakt met ‘Zet die plaat af’ van een bekend Vlaams politicus tijdens een overwinningseuforie. Jo genoot ook volop van het hilarische middendeel dat de begrafenis evoceert.
Ina had het destijds erg graag gelezen, had zich toen probleemloos laten meeslepen door de herkenbare sfeer binnen een microkosmos van jonge studenten die een sterke affiniteit met mekaar hebben. nu had ze genoten van de schets van jongeren die binnen hun eigen logica in een voor hen vanzelfsprekende wereld leven.
Geert had het eerste luik erg graag gelezen, maar was ontgoocheld in het vervolg dat in zijn ogen als een pudding in elkaar viel (wat is dit precies, een pudding die in mekaar valt?). Het was voor hem noch ontroerend, noch spannend en hij kon zich nooit identificeren met een van de personages. Was het maar dat? Kortom, Geert met zijn spreekwoordelijk enthousiasme.
Ludo had het boek destijds gelezen. Zijn oordeel was in grote lijnen: “Dit is een zeer vreemd boek.” Wat hem eraan beviel was de sfeerschepping, het hermetische binnen dit studie-en vriendenclubje, het dreigende, … Een personage als Henry vond hij tegelijk heel bizar als mooi. De titel vond Ludo dan weer misleidend, eigenlijk gaat dit simpelweg over een platte moord. Dit sfeervolle boek - hoe mooi die schets van de begrafenis - had voor hem een wel allesbehalve ingenieuze plot.
Ook Reinoud had vroeger de roman gelezen, maar wist er tot zijn verbazing bijna niks meer van, buiten de vage herinnering dat hij het graag had gelezen. Bij het herlezen zag hij zijn humanioratijd opnieuw passeren, ook Reinoud behoorde tot een groepje aangestuurd door één iemand waarbij zij zich beter voelden. Herkende de beslotenheid, de eigen sfeer binnen een groepje van gelijkgezinden of gelijk-gepassioneerden volledig. Net als Ludo gefascineerd door het personage van Henry, het dubieuze eraan: erudiet, belezen, behulpzaam, … maar ook de moordenaar en eigenlijk pervers. Met de titel had hij geen probleem, het betrof toch simpelweg een moord die nooit is uitgekomen.
Voor Christine is de titel dan weer veelzeggend. Voor het hoofdpersonage Richard, oorspronkelijk toch integer, wordt het meemaken van dergelijke geschiedenis wellicht het meest ingrijpende dat je kunt meemaken. Christine heeft het graag gelezen, tot het halfweg wat begint te kabbelen. Houdt niet zo van die breedvoerige Amerikaans stijl, het moet vooruit gaan. De plot vindt Christine vrij goed, ook de zeer interessante schets van de personages die door hun kwetsbare goddelijke bewondering voor de leerkracht begeleid worden naar hun ondergang. Ook Geert herkende hier wat de sfeer van de al even beroemde film Dead Poets Society.
Ciska blijft haar lievelingsboek goed vinden, het zou er maar aan ontbreken. Al wordt het bij een zevende lezing natuurlijk een ander soort beleving. Ciska houdt van Amerikaanse boeken, dit wisten we al langer, de sfeer die inderdaad doet denken op Dead Poets Society blijft ze aantrekkelijk vinden. Maar ook de algemene sfeerschepping, het mistige van de herfst, enzovoorts. Ze beaamt dat het boek misschien iets korter kan, maar Ciska leest net graag dikke boeken.
Ikzelf had destijds met groot enthousiasme De verborgen geschiedenis gelezen, had menig persoon naderhand warm gemaakt om zich er ook eens aan te wagen. Bij herlezing kwam de euforie van toen niet meteen bovendrijven, je kijkt toch met andere ogen of misschien een ander perspectief naar dingen die je toen om een of andere redenen zo troffen. Maar opnieuw liet ik me toch wat meeslepen door de personages, door de beklemmende sfeerschepping binnen het vriendenclubje in een verhaal waarvan ik vooral vind dat het op een fantastisch manier verteld wordt. En het is waar, in het laatste deel miste ook ik wat de ‘drive’ van wat er aan vooraf gaat. 

In een verdere bespreking meanderen we wat verder rond een aantal thema’s. Een discussie blijft of er toch niet heel wat bladvulling is, die eindeloze details, terwijl anderen net die uitvoerige sfeerschepping de kracht vinden van het boek. We gaan uitgebreid in op de verschillende personages en hun functie binnen de plot. Eens te meer blijkt hoe complexe figuren, hoe pervers of slecht ook, fascineren als ze tenminste niet eendimensionaal worden neergezet. Henry bijvoorbeeld. De volwassene als goeroe, Julian, draagt in een belangrijke mate bij tot de toenemende normvervaging bij het studiegroepje: ‘Echte schoonheid is altijd schokkend.’ Als een volleerde pervert trekt hij zich net op tijd uit de tragische maalstroom terug. Julian is als classicus uiteraard op de hoogte dat na de hoogmoed de val komt, maar hij laat Henry als zijn verlengstuk ongestoord zijn gang gaan.

We eindigen nog met een interessante constatering: “De leesgroep maakt van Geert geen beter mens, maar wel een betere lezer.” Wij weer content. En sommigen misschien ook omdat Geert alweer zijn score na bespreking naar boven aanpaste: 7. Jo en Reinold gaven een 8 op 10, Ludo en Ina  7.5, Chris en Christine een 7, Ciska spande de kroon met  9,5. Dit gaf een totaalscore van 7,9 op 10.

Chris

woensdag 24 december 2014

Het Brugs leesgezelschap jubileert

Boeken komen, boeken gaan, en zo verorberde dit leesgezelschap in het najaar 2014 zijn vijftigste boek. Het lot besliste dat Ciska de jubileumgangers bij haar thuis mocht verwelkomen. Ze kweet zich voortreffelijk van deze hoge eer en vergastte de leden met een geestrijk traktaat. Na te hebben geklonken op nog eens vijftig boeken, schaarde het gezelschap zich aan tafel. Au grand complet, want ook de Heilige Geest die al vijftig boeken lang ons verstand verlicht, ontbrak niet op het appel. Dan was het de beurt aan Quinten die de jubilarissenclub op foto vastlegde. Dank u wel, Quinten.

donderdag 13 november 2014

'De officier' van Robert Harris

Het Belgische weer is wat het is. Zo ook op 27 augustus 2014, putje van de zomer dus, maar toch was het bij Ludo binnen te doen, voor het 49ste boek van ons eerbiedwaardig gezelschap. Na de gebruikelijke koetjes- en kalfjesronde, starten we met de officiële eerste ronde. We missen wel Ina, die er wegens ziekte niet bij kan zijn. 

Ludo vertelt ons eerst nog eens waarom hij specifiek voor dit boek koos: hij had erover gehoord tijdens een middagprogramma op Radio 1 en aldus was de interesse gewekt. Hij heeft het boek graag gelezen omdat het spannend en goed opgebouwd is én omdat het een goed tijdsbeeld geeft. Ook Chris vindt dit toch een aantal troeven die het boek voor een groot stuk dragen. Jo en Christine hebben ervan genoten, zij leggen de link met de huidige klokkenluiders die vaak het nieuws halen. Geert daarentegen is ferm ontgoocheld omdat er te veel personages aan bod komen en het boek bij momenten erg ingewikkeld is. Dit is een opmerking waar de meesten van ons zich wel bij aansluiten. Tot slot lazen ook Ciska en Reinoud De officier graag, maar voor hen miste het boek vaart en  verviel het te vaak in allerlei futiliteiten over het proces.

De tweede ronde (ook wel De Pittige Discussieronde genoemd) brengt ons wat dieper in het verhaal én de manier van schrijven van Harris. Wat heel sterk naar voor komt is het gebrek aan meer achtergrondinformatie. Wat met de groeiende haat tegen de Joden? Hoe zat dat met het nationale gevoel van Frankrijk? Er is ook weinig uitleg over de op handen zijnde Eerste Wereldoorlog, die toch in deze tijd zijn oorsprong heeft... Andere afknappers zijn dat het einde van het boek gekend is en dat het boek wemelt van allerlei technische details over de vervalsing van het briefje en het proces. Gelukkig kent het boek ook zijn goede, zo niet sublieme, momenten. Het tijdskader is haarfijn uitgewerkt, alsook de personages.  Robert Harris heeft zijn research flink gedaan! We krijgen ook een heel duidelijk beeld van het militaire milieu: het blinde gezag  en de discipline waaraan klakkeloos gehoorzaamd wordt, de generaals die uiteindelijk  het product werden van hun carrière nadat ze in het begin wel integer waren.  En natuurlijk laat niemand het verraad tegen Dreyfus onberoerd. De beschrijving van zijn verbanning naar Duivelseiland gaat door merg en been. Hoe hij in al zijn onschuld het slachtoffer wordt van het smerige spel van in het nauw gedreven generaals tart de verbeelding, maar is tegelijkertijd (helaas) van alle tijden.

Om af te ronden: nog een stukje woordenschat. Het woord 'bordereau' valt ontelbare keren en we hebben wel een vermoeden
wat het betekent, maar voor de die-hardfans van taalschat, waaronder ik mezelf natuurlijk reken, hier nog eens de verklaring: een bordereau is een oplijsting van teksten en/of gegevens met een briefje erbij.De punten voor dit boek (zonder Ina's score): Ludo 8 / Reinoud 7,5 / Jo 8,5 / Chris 8 / Geert 6,5 / Christine 8,5 en Ciska 7. Dit geeft een gemiddelde van 7,7/10.

Ciska

woensdag 12 november 2014

'De cirkel' van Dave Eggers

Het was een mooie avond in de vroege zomer, 3 juli, toen Jo ons rijkelijk bij hem thuis vergastte en verhalen opdiste over de verborgen geschiedenis van zijn wel heel bijzondere huis. Maar plicht riep, en de orde van dag haalde het op kommerloos genieten op een terras in de luwte van de avond.

Vooreerst het voorleesfragment, waarbij Ludo aandacht vroeg voor Joris Note (° 1949), een wat ondergewaardeerde, want (licht) experimentele auteur, die hij leerde kennen door Timmerwerk (2002), een zoektocht van de auteur naar zijn vader met nogal wat verwijzingen naar Brugge. Het fragment plukte hij weg uit een later boek, Hoe ik mijn horloge stuksloeg (2006), de passage waarin de auteur een monoloog opzet over gesproken taal, en  aangeeft hoe taal  hoe langer hoe meer minder gebruikt wordt om de nuances van de werkelijkheid te verwoorden.Taalgebruik wordt sloganesk en zet de nuance opzij: taal opgediend als krachtvoer. Absoluut!

Geef er nog een lap op!! Tijd dus voor de hoofdschotel, De cirkel van Dave Eggers. Gastheer Jo leidde keurig in, onder meer door het boek te plaatsen tegenover Brave new world (1931) en 1984 (1948), en meteen aan te geven hoe De cirkel meer bij Huxley aanleunt (de constructie van een perfect geordende wereld waarin iedereen gelukkig is) dan bij Orwell (de gruwel van "Big Brother" en de onderdrukkende dictatuur). Ook in De cirkel staat het adagium "meer geluk voor iedereen" centraal en de weg naar deze perfecte wereld is maximale transparantie en het uitschakelen van  privacy. Bijzonder aan Eggers boek is dat hij geen toekomstbeeld schetst, maar spreekt over de wereld die momenteel vorm krijgt. Vraag is of we deze virtuele wereld ("wat niet online is, bestaat niet") wensen en of volledige transparantie en vrijheid wel zo dicht bij elkaar liggen. Paradoxaal voor onze tijd is de roep naar meer privacy terwijl in sociale media achteloos intieme zaken worden gedeeld. Evenzeer dat de ongrijpbare krachten die met de virtuele gegevens van miljoenen en miljarden mensen aan de slag gaan, nauwelijks iets in de weg wordt gelegd.

Iedereen had wel iets met dit boek. Chris vond het realiteitsgehalte beklemmend en is bijzonder geïnteresseerd in de problematiek. Ook Reinoud legde de relatie met Huxley en Orwell, vond de actualiteitswaarde sterk, maar twijfelde of de cyberlaag, waarover dit boek gaat, wel zo wereldingrijpend is. Ciska was eveneens gewonnen voor het boek, mede dankzij de opbouw van het verhaal vanuit een geloofwaardige hoofdfiguur (Mae Holland).  Christine, Ina, Geert  en Ludo waren iets minder enthousiast. Vooral beangstigend, het beeld schrikt me af, zei  Christine. Ina en Ludo vonden het boek te weinig sterk geconstrueerd om te overtuigen, en haakten af op de te uitdrukkelijk geserveerde "moraal van het verhaal". Geert vond dan weer de invalshoek beperkt, het plot weinig geloofwaardig, de relaties tussen personen weinig uitgewerkt.

Stof genoeg dus om verder op door te gaan, waarbij vooral Facebook tegen het licht werd gehouden (en 7 van de 8 lezers zich outen niets met Facebook van doen te hebben). Zonder meer was iedereen het erover eens dat het boek aan het denken zet. En deze consensus zette de poort open naar de punten, met: Christine 7, Reinoud 7, Chris 9, Ina 6, Ludo 6, Ciska 8, Geert 6, en Jo 8,5. Gelukkig dat de cyberwereld het hoofdrekenen niet helemaal heeft weggedrukt: 7, 2 rekenden in geen tijd  vlugge cijferaars ons voor. Afrondend diepte Ludo het volgende boek uit zijn rugzak, de zaak Albert Dreyfus, door Robert Harris verpakt in een historische thriller, "De officier", en trok iedereen huiswaarts, de nacht in, op zijn|haar hoede voor mogelijke google driverless cars.  

zondag 29 juni 2014

"Vloedgolf" van Sonali Deraniyagala

Sonali Deraniyagala verloor haar man, twee kinderen en haar beide ouders toen in 2004 een tsunami over Sri Lanka raasde. Over dit onvoorstelbare verlies schreef ze een dagboek dat bij zijn verschijnen in 2013  werd bedolven onder de positieve recensies:
"Een sterk en aangrijpende boek; een overrompelende leeservaring". De leden van onze leesgroep hadden blijkbaar een ander boek gelezen. 

De hoge verwachtingen werden niet ingelost; Geert, onze gastheer kon de ontgoocheling over zijn keuze nauwelijks verbergen. Ook Ludo was niet geraakt door het boek, hij las een therapeutisch relaas met weinig verwijzingen naar de buitenwereld.  Chris was pas in Sri Lanka op reis geweest maar vond in het boek niets van die realiteit terug. De schrijfster beweegt zich uitsluitend in een exclusieve, geprivilegieerde omgeving; het volstaat om eens de prijzen te bekijken  van de hotels die ze in haar boek vermeldt. Christine stoorde zich aan de bijna neurotische roep om aandacht van de schrijfster. Het resultaat is een therapeutisch dagboek waarin  Kübler Ross over de schouder meekijkt (alle stadia van de rouwverwerking komen aan bod).
Literaire meerwaarde heeft Reinoud niet gevonden. De openhartigheid is bewonderenswaardig en hij vergelijkt dit boek met de getuigenis van Sabine Dardenne maar een eerlijke biografie is daarom nog geen goede roman.
Ciska ging wat dieper in op enkele literaire criteria: zij trof een verwarde structuur en een zwakke karaktertekening. Enkel in de laatste vijftig bladzijden krijgen de personages (in casu Steve, de echtgenoot) wat meer reliëf. De vlakke karakterschets is niet bevorderlijk voor de inleving.
Wat meer leesplezier bij Ina door de treffend verwoorde emoties en herkenbare situaties. Jammer van de stuntelige vertaling.

Het gesprek kabbelde rond de begrippen fictie en non fictie. In de bibliotheek krijgt 'Vloedgolf' het label 'waar gebeurd verhaal' opgekleefd maar als literaire kwaliteiten ontbreken dan laat zelfs een openhartige biografie de lezers onbewogen.

Bovenstaande (uitgesproken) meningen vertaalden zich in de volgende quoteringen: Geert: 6 - Ludo: 6 - Chris: 4 - Ciska : 6 - Ina: 7 - Reinoud: 5 - Christine: 4 -Jo: 6. Dit geeft als gemiddelde een matige  5,5/10.
Jo 

zondag 18 mei 2014

"Oorlog en terpentijn" van Stefan Hertmans

Geert begon de avond met een tekstfragment van Judith Schalansky uit ”De atlas van afgelegen eilanden”. Deze auteur delft merkwaardige mythes, anekdotes en verhalen op over desolate eilanden.  E n toont de dunne grens tussen paradijs en hel.  Iedereen kon dit smaken.
En dan was het de beurt aan “Oorlog en terpentijn” van Stefan Hermans.  Is daarover al niet alles gezegd en geschreven?  Misschien, maar ons leesgenootschap wil toch ook zijn zegje doen over dit succesvolle, Vlaamse boek.
Bij het schrijven van deze “pakkende”, fijn geslepen oorlogsroman baseerde deze auteur zich op de memoires van zijn Gentse grootvader, soldaat en zondagsschilder Urbain Martien, zoals hij die in 2 keurige schriftjes aantrof.  Dat maakte hem tot huizenhoog favoriet voor de Gouden Boekenuil, zeker omdat het boek zich op het kruispunt van fictie en non-fictie beweegt.  Helaas, hij heeft er naast gegrepen. Ook de Librisprijs ging aan dit boek voorbij.
Maar wat vonden onze lezers ervan?  Sloten zij zich aan bij de vele enthousiaste reacties over dit boek of waren er ook punten van kritiek? De algemene teneur was dat iedereen dit boek graag had gelezen. Maar er waren toch ook enkele bedenkingen.  Chris had dit graag gelezen, terwijl Geert alleen het tweede deel goed bevond.  Ludo had zich ook goed  gevoeld bij dit boek, wist vooral het eerste deel te smaken, maar nam toch wat afstand tegenover de “hype” rondom dit boek.  Jo, onze laatste “aanwinst”, vond dit een goed boek.  Ina daarentegen had het boek niet helemaal uitgelezen, maar de vergankelijkheid (vooral in het eerste deel) vond ze heel mooi.  Ciska had het boek zeer graag gelezen en vond het filmisch beschreven.  En voor Reinoud overtrof het alle verwachtingen.  Het fantasierijke was belangrijk.  Hij vond de roman vooral universeel. Algemeen sloot de mening over dit boek aan zoals het in de recensies in allerlei media werd beoordeeld. Anderzijds blijft de manier waarop Hertmans nu precies met de dagboekjes van zijn grootvader uitpakt, vragen oproepen. Een discussie tussen leesgroepleden die meestappen in Hertmans verhaal en leden voor wie wat meer kritische distantie aangewezen lijkt.
Hoe vertaalde zich dit in de “punten” ?  Als we alles bij mekaar telden kwamen we uit op een score van 8,1, net niet het beste boek dat we tot nu toe gelezen hebben.  Een troost, nu de grote literaire prijzen werden gemist?

donderdag 8 mei 2014

'De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween' van Jonas Jonasson

Eindelijk eens wat humor op de plank ! Christine had ons al doen watertanden met de enthousiaste reacties van haar vrienden die het boek gelezen hadden of aan het lezen waren. Maar meer nog kwam het water ons in de mond met een overvloed aan vele soorten Zweedse smörebrödjes die zij ons serveerde. Zeer toepasselijk want we mochten ons onderdompelen in zowaar Skandinavische humor (het moeten niet altijd loodzware Milleniums, detectives of politieke drama's uit het noorden zijn). Het werd dan ook een luchtige avond die eindigde met goed gevulde buiken.

Vooraf vergastte Geert ons op een interview in Humo waarin Lieve Blancquaert haar lievelingsboeken toelichtte en wat bleek: ze had identiek dezelfde smaak als onze leesgroep want ook dit boek was ze net aan het lezen en daarvoor had ze ook al De Vlucht en Godenslaap en De Vliegeraar verorberd. Lieve is eigenlijk niet meer dan een virtueel lid van de leesgroep.
Christine vulde aan dat Bernard Dewulf het in een artikel over Gloed had, nog een boek dat onze leesgroep ter hand genomen heeft. En Reinoud kwam voor de intro van de avond zowaar met een column af van ... jawel Bernard Dewulf: een grappige en toch bezinnende tekst over hoe een mens de tijd probeert te vatten in een klein boekje dat elk jaar opnieuw hernieuwd wordt. Een aaneenschakeling van toevalligheden tot nu toe ...
        

Dat was nu net de teneur in het te bespreken boek: de hele wereldgeschiedenis lijkt wel een aaneenschakeling van toevalligheden waar het hoofdpersonage steeds weer een hand leek te hebben in de belangrijkste episodes uit een turbulente 20ste eeuw. De reacties waren meestal wat gelijklopend bij de meeste leesgenoten: vlot leesbare, fantasierijke en koldereske roman met een hoog Forrest Gump of gebroeders Coën gehalte. Althans toch de eerste helft want geleidelijk aan begon de auteur steeds meer in herhaling te vallen met de stijltrucjes en herhaalbare grapjes. De opeenvolgende ontmoetingen met sleutelfiguren uit de wereldgeschiedenis schepte telkens even nieuwe verwachtingen naast een lesje geschiedenis. Alhoewel, het is meer een parodie op de grote ideologieën van de 20ste eeuw.

Over humor kan eeuwig gediscussieerd worden natuurlijk  nog meer dan over smaken en kleuren. De één vond bepaalde passages hilarisch de andere kon er maar matig mee lachen, nog een ander kon de onwaarschijnlijke absurde situatiehumor of slapstick wel smaken. Nog iemand anders vond het dan weer leuk relativerend. De fantasie is wat eendimensionaal en zichzelf herhalend.

Ook wat personages betreft raakt het boek je niet echt: sympathieke mensen dat wel, maar weinig uitgewerkte karakters, nogal vlakjes, het zijn allemaal mislukkelingen eigenlijk, een bende losers. Ze veroorzaakten bij niemand grote emotionele betrokkenheid. Conclusie: geen meesterwerk maar wel leuk om te lezen wat zich vertaalt in een score van 66.

En op het einde van de avond mochten we zowaar ook nog ons nieuwe leesgenoot verwelkomen ! Jo Libbrecht vervoegt vanaf heden ons gezelschap en hij bleek zich snel op zijn gemak te voelen getuige zijn regelmatige tussenkomsten en reacties. Welkom Jo !

Reinoud

zondag 2 februari 2014

"De vlucht" van Jesus Carrasco



Op 29 november 2013 kwam ons leesgezelschap bij Ina samen voor de bespreking van het eerste boek van Jesus Carrasco : “De Vlucht”. Een historische bijeeenkomst, bleek al vlug, want de de suggestie om het gezelschap uit te breiden met een achtste lid werd warm onthaald. Dit na een discussie gevoerd met de noodzakelijke (gespeelde) zwaarwichtigheid. Welkom Jo! 

Over naar het echte werk, teksten en boeken. Christine was aan de beurt voor "het fragment". Ze las uit “Kleine dagen” van Bernard Dewulf, een tekst over de eerste leeservaring van zijn zoontje in een niet-stripboek. Wat  moet een leesgroep meer hebben? Bovendien bleek dat het leesgezelschap wel meer Dewulf-fans telt. En meteen was ook de stap naar het boek van de avond gezet, Carrasco's "De vlucht" uit 2013.

De eerste opmerking betrof de mooie en aantrekkelijke kaft van het boek: een geitenkopje,  verkoopstrategisch belangrijk, maar misschien ook symbolisch voor de inhoud. Het boek vertelt immers de geschiedenis van een jongen die zijn huis ontvlucht om een reden die later duidelijk wordt in het verhaal (sexueel misbruik), en terechtkomt bij een stokoude herder die hem leert overleven in een ontvolkt en uitgedroogd gebied in centraal Spanje.  Een verhaal van honger en dorst, droogte, scheefgegroeide machtsverhoudingen en uitbuiting, buitensporig geweld, maar anderzijds ook van tederheid en liefde, goed versus kwaad  .

Het verhaal is universeel, leest als een parabel over goed en kwaad en  het geweten in het algemeen, en heeft zeker iets religieus.  Het vergt niet zo veel moeite om in de herder Christus te zien,  symbool van het goede en het diepmenselijke en begrijpende. De herder gebruikt bijna de woorden van Jezus en in zijn omgang met de jongen komt via zijn non-verbale communicatie een onmetelijk begrijpen en tederheid naar boven.  Het feit dat noch  de herder noch  de jongen een naam krijgen in het boek beklemtoont de universaliteit van het verhaal.  De vlucht door de droge, dorre gebieden is als de tocht door de Sinaïwoestijn; de geit staat symbool voor het zachte en de mogelijkheid tot overleven  in een op alle vlakken desastreuze en gewelddadige omgeving.  Sommige paragrafen doen zelfs denken aan psalmen .

De verhouding tussen de herder en de jongen is er een van meester – leerling,  hoe de herder zonder woorden onderricht geeft en de jongen leert overleven als geitenhoeder. Door de mateloze liefde en goedheid van de herder groeit ondertussen tussen beiden, herder en jongen, een soort tederheid en vertrouwen (voor de jongen iets onbekends gezien zijn voorgeschiedenis van misbruik). Dit alles geeft de jongen, naast steun voor het loutere materiële overleven, ook een fundamentele basis voor zijn verdere leven.

Wat zeer opvallend is aan het boek is het zeer sterk zintuigelijke aspect:  al onze zintuigen worden aangesproken en hoe!  Je ruikt de stank van de herder, je voelt de zon op je lichaam branden, je hoort de stilte van de verlaten vlaktes, je ziet werkelijk de angst in de ogen van de jongen.  De vele herhalingen, net bezweringen, versterken dit effect. Veel suggesties en vergelijkingen volgen elkaar op, soms overdreven veel en onbegrijpbaar , maar deze stijlvormen maken de sfeerschepping soms bijzonder beklijvend.

Wat vond ons leesgezelschap er nu van?   Iedereen vond het een mooi boekje: poëtisch (Geert),  verhaal over overleven, universeel en zeer zintuigelijk. Vooral Ina en Christine liepen hoog op met dit pareltje. Een echt geschenkboekje, zei Christine, dat recht naar het hart gaat en beklijft.  Enkel Ciska had reserves: de vaagheid, het traag op gang komen, en de overdreven beschrijvingen en niet te begrijpen vergelijkingen. Dit alles vertaalde zich in de punten:  Chris  8, Ina 9 , Ludo 8, Ciska 4.5, Reinoud 9 , Geert 8 , Christine 9  ,  dus  globaal een 8.                  

woensdag 1 januari 2014

'Vele hemels boven de zevende' van Griet Op De Beeck


10 oktober 2013 stond in onze agenda. We zijn bij Chris die ons een tijd geleden voorstelde om Vele hemels boven de zevende van Griet Op De Beeck te lezen. Als inleiding presenteer ik, geïnspireerd door een recent bezoek aan Straatsburg en aan het museum van illustrator Tom Ungerer dat daar staat, het ‘oude’ (1958) kinderboekje ‘Crictor’ van zijn hand. Het verhaal over een oude dame die een slimme en charmante slang kado krijgt van haar zoon uit Afrika, is een geslaagd voorbeeld van het ingaan tegen clichés (want wie kent er nu een sympathieke en betrouwbare slang?).

Maar over naar Vele hemels dan. In elf hoofdstukken schetst Griet Op De Beeck vijf mensen. Geen van hen is ‘gelukkig’ te noemen. Er is Eva, zesendertig, altijd aan het moederen, maar heel alleen. Er is Lou, haar nichtje, een onzeker pubermeisje, zij wordt bemoederd door Eva. Er is Elsie, de knappe zus van Eva die verliefd is op kunstenaar Casper. Er is Casper, die smacht naar Elsie. Beide hebben een niet al te gelukkig huwelijk met een andere partner. Het oudste personage is Jos, de vader van Eva en Elsie, die een alcohol-probleem heeft en een geheim met zich mee draagt. Afwisselend brengen de verschillende personages hun kant van het (hun) verhaal, het boek eindigt met de zelfdoding van Eva.

Het boek van Griet Op De Beeck, haar debuut, is vaak de (zevende) hemel in geprezen. Het echte, het menselijke en ook het Vlaamse taalgebruik worden daarbij vaak genoemd als troeven. Voor zij haar eerste roman schreef, was ze al bekend van colums in De Morgen. In onze leesgroep zijn de meningen over haar debuut verdeeld. De reacties gaan van lauw tot heel enthousiast.
Geert behoort tot de eerste groep. Hij kon zich niet identificeren met de personages en vroeg zich af of het af en toe de bedoeling was om te choqueren.  Ook Reinoud is niet danig enthousiast, hij ziet het verhaal als een zedenschets, een beeld van hoe mensen in deze tijd met elkaar omgaan. Af en toe neigt het in zijn ogen een beetje naar het sentimentele. Gastheer Chris - nochtans fan van de colums van Op De Beeck - is evenmin echt overtuigd. Hij vindt de kracht van die colums (het scheppen van een hele wereld van gevoel in enkele zinnen) niet terug in dit boek. Bovendien verbaast hij zich over de kronkels en uitspraken van het pubermeisje Lou (is dat echt een 12-jarige)? Ook ikzelf sluit me aan bij dit gezelschap van niet écht overtuigden. De taal  van de auteur is sowieso niet echt mijn ding, en de types komen in mijn ogen soms nogal stereotiep over.
Ludo was daarentegen aangenaam verrast door dit voorstel van Chris. Hij ziet  ‘Vele hemels’ als een subtiel, menselijk boek over de grote gevoelens, het zoeken naar geluk en het maken van keuzes.  Christine sluit zich hierbij aan, en prijst de vlotte schrijfstijl en de mooie schets van de zoekende mens in onze tijd. Ook Ciska prijst het beschrijven van ‘gewone’ mensen in hun dagdagelijks bestaan, wars van enige heldhaftigheid. Ze maakt dan ook de vergelijking met  ‘Sprakeloos’ van Lannoye dat we een tijd gelezen hebben.
Geen eensgezindheid dus voor wat betreft de kwaliteiten van dit boek, wel een gemeenschappelijke vraag die we niet met absolute zekerheid kunnen beantwoorden: in hoeverre is dit verhaal autobiografisch?

De avond eindigt met de verdeling van de punten: een 6 van Reinoud en Chris, een 6,5 van Geert, een 7 van Ina, een 8 van Ludo, Ciska en Christine.  Dit leidt tot een gemiddelde van 7,5 op 10.

Ina